Meester Otto
De jonge wereldgangers zullen je altijd boeien.
N E W • Y E A R
Een heel gelukkig en fijn 2024 voor jou gewenst!
Het jaar 2023 gleed uit onze handen. Een nieuw jaar kwam de wereld binnen, 2024. Als de dag van gisteren herinner ik mij die onvergetelijke, magische uren van 1999 naar het jaar 2000. Zomaar ineens een herinnering. Knallend en flitsend begon ook dit nieuwe jaar.
Tijd om een voorstelrondje te doen! Hierbij een aantal weetjes over mij:
✓ (meester) Otto Zwolsman
✓ getrouwd, vader van vijf
✓ vijf-en-dertig jaren jong
✓ woont in het prachtige Apeldoorn
✓ werkt in het Voortgezet Speciaal Onderwijs, Zwolle
✓ cluster 3; Zeer Moeilijk Lerende leerlingen
✓ groep VSO 2; tien leerlingen tussen de 14-16 jaar
✓ vijf dagen per week lesgeven
✓ in samenwerking met top-collega's
✓ beschrijft onderwijssituaties van alle dag
✓ trainer bij Met Sprongen Vooruit
✓ geeft wekelijks gemiddeld twee trainingen aan leerkrachten
✓ veertien jaar ervaring in het regulier onderwijs
✓ voor het derde jaar werkzaam op Cluster 3
Ontbreekt er nog informatie? Let me know.
Tof om (ook) in 2024 samen op te trekken!
B E D A N K E N
Op de drempel naar het nieuwe jaar. Omkijken naar wat was. Voorbij gegleden. Uren, dagen, weken. Woorden, zinnen, verhalen. Enkele flarden van herinneringen. Hierbij vertrouw ik enkele dankbare gevoelens toe aan het digitale papier.
1. Leerlingen
Jullie laten mij een nieuwe wereld zien. Een wereld van puurheid, oprechtheid. Van doorzetten en liefhebben. Bedankt, jullie betekenen de wereld voor mij!
2. Collega's
Samen bouwen we aan het bijzondere onderwijs aan onze bijzonder mooie leerlingen. Samen sterk! Met al onze verschillen en overeenkomsten creëren we een prachtig kleurpalet naar was onze leerlingen nodig hebben. Bedankt, voor het fijne plekje wat ik mag innemen in ons team.
3. Teamleiders en directeuren
Het vertrouwen, de uitdaging en waardevolle gesprekken vormen een grote bron van vreugde in mijn werk. Bedankt, om in jullie team te mogen functioneren!
4. LinkedIn contacten
Opbeurend, opbouwend, verscherpend, verdiepend, bemoedigend. Verschillende contacten ontstonden. De één intenser dan de ander. Ieder op eigen wijze gewaardeerd. Mijn netwerk breidde zich uit van 1200 naar 3600, ongelooflijk! Bedankt, voor je bijdrage, steeds weer!
5. Bart Heeling
Een grote inspiratiebron voor mij. Een man om op te mogen "leunen". Ik zie uit naar nog meer én een werkelijke ontmoeting, in verbinding, zónder digitale middelen. Bedankt, voor je enorme collegialiteit!
6. Ouders
Je kind toevertrouwen. Wat meer behoeft dan een ander ziet. Dat is werkelijk, heel wat! Vijf dagen per week, bijna 30 uur per week. Bedankt, voor jullie (toe)vertrouwen!
7. Inner-circle collega's.
Binnen het grote Obadja-team zijn er enkele collega's, ze kennen me inmiddels van haver tot gort. Vreugde en verdriet te mogen delen. Volledig voor elkaar klaar te staan. We zaten al eens in elkaars huiskamer. Dat zegt genoeg. Bedankt, voor wie je bent voor mij!
8. Familie en vrienden
Aangemoedigd door mijn (groot)ouders. Betrokken reacties en vragen vanuit mijn (nabije) familie- en vriendenkring. Meeleven, belangstelling, interesse. Het doet goed. Bedankt!
9. Mijn liefste.
Mijn steun en toeverlaat. Rustpunt. De liefste. Ons alles. Hou van jou!
10. God.
Hem, dank ik het allermeest.
S T I L • S T A A N
De laatste dagen van het jaar glippen door mijn vingers. De weken voor Kerst raakten voller dan vol. Van de ene activiteit schoven we door naar de andere. De vakantie brak aan. Tijd om stil te staan.
Een hitte overvalt me. In de nacht blijven mijn armen en benen maar bewegen. Een trillende siddering herhaalt zich eindeloos. Spieren blijven zich aanspannen en vechten tegen het virus. Totdat ik verlies. Badend in het zweet word ik wakker.
De nacht wordt dag. De koorts houd me nog even in de greep. Stilletjes trek ik me terug. Starend uit het raam. Stil staan. Jezelf de tijd gunnen.
Na vierentwintig uur keert de kracht terug. Mijn opgewektheid wint het van neerslachtige gedachten. In gesprekken met dierbaren komen flarden van herinneringen ter sprake. Om over te mijmeren.
In de stilte van het moment denk ik aan mijn leerlingen. Hoe zal het hen vergaan? Zijn ze geholpen bij de dagen van ontspanning en stilstaan. Tanken ze bij in deze weken? Voor de ene leerling een absolute "ja!". Voor de ander?
Ik hoorde het opzien. Van logeeradres, ongeplande vrije tijd, andere structuur, andere invulling. Ik zag het uitzien naar ontspanning, gezelligheid, muziek, uitslapen en schooltje spelen met de po**en. Het afzien. Emotieloos, toonloos alles maar ondergaan. Om niets te hoeven verliezen.
Ik zie een lach op het gezicht, zo oprecht als het kan. Een frons. Een traan. Ik hoor een schreeuw. Een zachte fluistering. Één voor één zie ik ze voor me. Nog even gun ik mijzelf de tijd. Om er straks weer echt te kunnen zijn.
Zachtjes noem ik hun naam.
D A N K B A A R H E I D
De regen slaat tegen de ruiten. Onstuimig waait de wind om het huis. Kleine lichtjes verlichten de kamer. Zingende, spelende kinderen op de achtergrond. Het decor van een vrije zaterdag.
In gedachten vervliegen de vijftien schoolweken. Een nieuwe groep opgestart. Dagelijks optrekken met collega's in dezelfde zestig vierkante meters.
Afstemmen over zorg en onderwijs. Gesprekken met ouders, teamleider, directeur, intern begeleider, inspectie, ambulant begeleider, orthopedagoog, pleegzorg, jeugdzorg, maatschappelijk werk.
Dankbaar voor zoveel professionals om ons heen. Samen de zorg te dragen voor onze bijzondere leerlingen. Situaties om te schateren, situaties om te verstillen, situaties met pijn in je hart.
Ik kan je eerlijk vertellen, zonder mijn naaste collega's was het niet gegaan. Ten allen tijde vormen zij voor mij een steun en toeverlaat. Met mijn eigenaardigheden hebben ze het vol weten te houden. Meer dan woorden kunnen beschrijven galmt mijn hart vol dankbaarheid.
Met een stabiele thuisbasis op zak kon ik de dag aan. De onophoudelijke steun van mijn geliefde mee te dragen maakt mij meer dan gelukkig.
Vele verhalen verschenen en werden gelezen. Stilletjes, of met een reactie. Met als wens deze prachtige doelgroep dichterbij te hebben gebracht. Met hopelijk een plekje in je hart.
Ik wens jullie een gezegende Kerst! ✨
O N T R O E R I N G
Stemmen klinken.
Samen zingen zij een lied.
Je ziet de eenvoud.
Puurheid, enthousiasme.
Je proeft liefde.
Passie en aandacht.
Stemmen die breken.
Tranen om weg te slikken.
Trotse ogen.
Glimmende wangen.
Gebroken door het leven.
Beperkt, zoals anderen zeggen.
Maar hun talent,
reikt verder dan het oog.
Zij raken harten.
De snaren van ontroering.
De kille temperatuur wijkt.
Mijn hart verwarmt zich.
Ieder op zijn eigen wijs.
Vol overgave.
Iedereen mag erbij.
Wie je ook bent, wat je ook behoeft.
Ze zingen: "Komt, allen (!) tezamen."
Een traan prikt in mijn oog.
M E N U • V A N • D E • D A G
Tafels schuiven door de gang. De stoelen volgen. Vandaag voegen we twee klassen bij elkaar. De leerkracht is ziek. Op het menu voor vandaag stonden al veel gezamenlijke momenten. We voegen onze klassen samen, negentien leerlingen in getal.
Bovenaan het menu staat "overzicht, structuur en duidelijkheid". Stap voor stap nemen we het menu van de dag door. Tijdens het bereiden van het Kerstdiner krijgt een ieder een taak.
De één kookt de boontjes, de ander snijdt de sla, een ander dekt de tafel. Als collega's hebben we ons er even goed over gebogen. Met positief resultaat! Het bied duidelijkheid, structuur. En overzicht, voor ons als collega's.
Tijdens de gymles loopt het even anders. Een leerling haakt af. In een gesprekje geeft hij woorden aan zijn gedrag: "Bij jou doe ik dat niet, ik heb respect voor jou." Het gaat moeizaam om dat respect uit te breiden richting anderen. Na mijn resoluut ingrijpen hoort mijn collega: "Kijk, de meester is in ieder geval duidelijk."
Alle taken krijgen de ruimte. Met groot plezier en saamhorigheid wordt alles voorbereid. We rennen onze benen onder het lijf vandaan maar genieten met de leerlingen mee.
Aan tafel wordt er getoast. Gepraat. Het onderwerp buigt af naar moeilijke, donkere onderwerpen als oorlog, dood, enzovoorts. Bij een leerling zien we de spanning stijgen. We buigen het gesprek om, maar de stress verdwijnt niet meer.
Dan ineens is het daar. Een boze blik. Een duw. Een scherp woord valt. Van binnen voel ik de reactie omhoog komen direct in te grijpen en te handelen, corrigeren. Tien tellen wacht ik. "Kom maar even bij me zitten" stel ik vriendelijk voor. Een boze reactie van mij is niet helpend. Het enige wat nodig blijkt is nabijheid.
In mijn nabijheid keert hij tot rust. De woorden verstillen. De frons verdwijnt. De spanning zakt weg. Zachtjes fluister ik hem toe: "Het komt goed, blijf maar in m'n buurt, dan help ik je als het moet."
Het wordt een dag met een gouden randje!
K A A R S L I C H T
Zachtjes knispert het vuurtje. Ontspannende piano klanken klinken. De verwarming geeft een behaaglijke warmte. Kleine lampjes sieren de wand. De koffie geurt aangenaam.
Na het sein van de bel schuifelen de leerlingen binnen. Ze nemen hun plekje weer in. Vertrouwd en veilig. Glimlachend en afwachtend kijken ze ons aan.
Op het hoekje hoor ik wat gemopper. Een ander reageert. Het overstemt de zachte geluiden van vijf minuten geleden. Aan haar stem te horen wakkert het vlammetje aan tot een kampvuur.
Bewust kom ik wat dichterbij. Wanneer ze me opmerkt begint ze nog harder te roepen. "Ik ben er helemaal klaar mee. Stop, houd op! Error." Ze verliest haar zelfbeheersing. Haar speeksel glijdt langs haar kin.
Neutraal, duidelijk en rustig kom ik tussen beide. Waar de ene leerling zijn onschuld getuigt draaft de ander door in haar bui. Beiden krijgen de ruimte om het verhaal te vertellen, afzonderlijk van elkaar.
Na tien minuten ontspannen in een prikkelvrije ruimte gaat mijn collega in gesprek met haar. Verhalen van maanden terug komen boven drijven. Alle mapjes lijken open te schuiven.
Eén voor één sluiten we de mapjes. De boosheid zakt. De tranen blijven over. Haar vlammetje gaat bijna uit. Haar stem trilt, haar ogen draaien. Haar woorden klinken mooi, zonder dat ze begrijpt wat ze zegt.
De drukte van December eist zijn tol. Donkere dagen voor Kerst lijkt in sommige gevallen letterlijk voor onze ogen te gebeuren.
We proberen hun vlammetje brandend te houden. Niet groter, niet kleiner. En als het vlammetje dan even bezwijkt.. dan komen we dichterbij. Om met ons vlammetje hen weer aan te wakkeren.
Zo blijft toch ieders kaarslichtje branden.
O N B E S C H R E V E N • W O O R D E N
In de stilte
Van de dag
Vangen onze ogen
Elkaars blikken
Met een huivering
Met een lach
Een traan
Een gebaar
Onbeschreven situaties
Om hen te beschermen
In de luwte
Van de samenleving
Een verborgen plek
Niet zonder risico
Onze handen
Reiken niet zo ver
Ons hart
Huilt
Onze hand
Helpt
Zonder woorden
Elkaar te steunen
Met een lach
Een grap
Een vriendelijk woord
De schaduw verschuift
De zon verschijnt
Een traan vindt zijn weg
Over mijn wang
Die traan
Zegt zoveel meer
Dan duizend woorden
M E E B E W E G E N D • B I J S T U R E N
De morgen kleurt donker. De lampen in de gang steken fel af bij het zicht op buiten. Er klinkt geroezemoes op de trap. De eerste leerlingen arriveren. We staan op van onze werkplek en verplaatsen ons naar de gang.
Eén voor één ontmoeten en begroeten we de leerlingen. Zo'n twintig in getal, van twee klassen naast elkaar. In de weken die voorbij gleden werkten we veel samen. Rekenen, taal, spelling, muziekles. Op elkaar ingespeeld als leerling en als personeel.
Eén van onze buur-leerlingen heeft het moeilijk. Haar gezicht staat donker. Wanneer de juf haar roept, negeert ze de vraag. Ik hoor een schreeuw en met twee oogwenken staat ze bij de trap.
Samen met de juf komt ze terug. De stem van de juf klinkt rustig. De leerling overschreeuwt haar nare gevoel door flarden van woorden en zinnen uit te roepen. "En ik ga niet.."
Tien minuten later zit ze verderop in de gang. Met een watervaste stift kleurt ze dwars door het A4 velletje. Behoedzaam kniel ik op mijn knieën bij de tafel waar ze werkt.
'Ik zie dat je verdrietig kijkt. Of zie ik dat verkeerd?' Ze kijkt me aan. "Ik ben gewoon druk in mijn hoofd. En boos. En thuis ook al. En nu verdrietig. En ik word niet rustig. En.. en.."
Ze heeft al flink te verduren gehad de afgelopen weken. De onrustige start van het jaar heeft haar soms zomaar weer te pakken. Het wankele, voor haar onveilige, gevoel speelt op.
'Wat gaat je helpen om rustig te worden?' Direct, helder en kort is het antwoord: "Bij jou blijven". Dat zet me in tweestrijd. Ze is niet 'mijn' leerling. Tegelijkertijd gun ik haar de rust in haar hoofd. 'Dat moet ik eerst overleggen met de juf.'
Na kort overleg zijn we het er samen over eens. Een korte opstart in mijn klas met als doel daarna terug te keren in eigen klas. Even mee wandelen in wat ze nodig heeft, daarna bijsturen. Met deze boodschap kom ik bij haar terug.
"Goed meester, mag ik al met je mee?" Samen lopen we naar de klas. Ik wijs haar een plekje om te zitten. Stilletjes acclimatiseert ze, een half uur lang. Dan is het tijd voor de rekenles. Ze staat op. Voordat ze het lokaal verlaat geeft ze een high-five. De rest van de dag verloopt rustig en voorspoedig. Wat kan een halfuur 'mee lopen' veel opleveren.
Ik leer er van: Van meebewegen naar bijsturen. Vanuit ontspanning naar inspanning.
B I J Z O N D E R E • G E U R E N
Tien minuten voor schooltijd arriveert ze op de gang. In een flits zie ik haar gezicht. Het lijkt alsof ze huilt. Met een gebaar deel ik dit met mijn collega. Het blijft stil op de gang.
Mijn collega staat op. Onopgemerkt loop ik achter hem aan. Zacht klinken de stemmen op de gang. De leerling komt niet uit haar woorden. Ze haalt haar schouders op. Dan komt het er uit: "Spugen".
Wat fijn dat ze zich vrij genoeg voelt om door te lopen naar boven. Met enkele woorden snappen we het. Ergens onstaat ook het vermoeden van een nodig toiletbezoek. "Buikpijn" vertelt ze. We roepen de hulp van een juf in.
Het vermoeden wordt bevestigd. Ze heeft last van haar maandelijkse periode en voelt zich verder niet in orde. Vandaag begint haar nieuwe stageplek. Bron van spanning. De juf die met haar meegaat voegt zich in het gesprek en langzamerhand ontspant ze wat.
Later in de week staat één van de leerlingen vlak naast mij. Een onbeduidende geur waait me tegemoet. In contact met moeder blijkt dat er veel spanning in zijn leven aanwezig is. Steeds meer verliest hij de grip erop, waardoor dus ook de grip op zijn zindelijkheid.
De dag is ten einde. Nog even een toiletbezoek. Binnen twee minuten staat ze weer in de klas. Ze gaat zitten. "Oh, nu moet ik echt, meester!" Blijkbaar was het net niet gelukt. Ze gaat nog eens. Het blijkt met een bliksembezoek te lukken.
'Fijn dat het nu wel gelukt is! Heb je ook je handen gewassen?' Blij kijkt hij me aan. "Ja!" Met de kennis van eerder herhaal ik mijn vraag. Ik voeg er aan toe: "Mag ik je handen ook even ruiken?"
Een paar tellen blijft het stil. Lachend geeft hij toe: "Oeps, ik denk dat ik het toch vergeten ben."
T E A M • W O R K
"Jij werkt toch in het speciaal onderwijs? Is dat niet heel zwaar? Dat je pittige dingen mee maakt wat je meeneemt naar huis? En dan nog het gedrag van de leerlingen.."
Steevast is mijn antwoord: 'Ik doe het niet alleen, hoor! Dat zou ik ook niet kunnen.' Verrast kijken ze op.
Onze tien leerlingen zijn stuk voor stuk hele fijne, toffe gasten. Al is het vaak balanceren, laveren, relativeren. Ieder kind, elke leerling heeft zo zijn of haar eigen behoefte. Om hier adequaat op te reageren is het meer dan nodig om met meer te zijn dan één.
Neem de leerling van vandaag. Het bezoek aan het toilet was net te laat. De juf helpt haar bij het opfrissen en omkleden. De meester staat op de gang in gesprek met een leerling waarbij het hoofd overvol is geraakt. De andere meester is in de klas als stabiele factor.
En dan de creatieve les. Een ware uitdaging om iets te maken wat aansluit bij de ontwikkeling van onze leerlingen en tegelijkertijd niet 'kinderachtig' is, want ze zijn al wel zo'n vijftien jaar. Bij deze les zijn we elkaar en onze leerlingen letterlijk tot hulp.
Moeilijke situaties bespreken we met elkaar. We reflecteren op elkaars handelen. In openheid en kwetsbaarheid. We delen zorgen. We delen de vrolijke momenten. Meer en meer raken we op elkaar ingespeeld.
Op verschillende momenten van de dag hoor ik mijn collega's reageren op situaties, alsof ik mijzelf hoor praten. Met grote regelmaat spreken we, onverwachts, op hetzelfde moment dezelfde woorden.
Op een dag wanneer het bij de één even niet wil, springt de ander bij. Samen staan we sterk. We vormen de stabiele factor in onze klas.
En ik moet je eerlijk zeggen; ze voelen als mijn tweede familie.
Z E L F • V E R T R O U W E N
Het plein oogt lichter dan anders. De dunne witte laag kleurt ons fris tegemoet. Kleine lampjes branden. De zwarte huisjes tekenen prachtig af met het flakkerende lichtje van binnen.
In de klas is het rustig. Gemoedelijk bespreken we de dag tot zover. De gezamenlijke weekopening met alle leerlingen van de school, de rekenles, de pauze.
Soms vraag ik mij af of mijn woorden landen. Begrijpen ze daadwerkelijk wat ik zeg? De reactie is niet altijd te peilen. De grens tussen onbegrip, onvermogen en onwil ligt soms zo haarfijn naast elkaar. Zonder te willen forceren probeer ik mijn gedachten onder woorden te brengen.
'De juf stelde vanmorgen een vraag. Ik zag geen vingers van jullie. Was de vraag moeilijk?' Even blijft het stil. Klonk mijn stem neutraal? Of klinkt er iets in door?
"Ja, meester, ik denk dat ik het antwoord wel wist toen ze het vroeg. Maar ál die leerlingen kijken je aan. En straks zeg je het fout. En dan..." Bemoedigend knik ik haar toe. 'Ja, en dan?' Ze haalt haar schouders op. "Nou niks eigenlijk, maar toch."
Haar klasgenoten vallen haar bij. Wat me opvalt is dat ze scherp door hebben waar ik op doel. Ik geef alle ruimte om gedachten onder woorden te laten brengen.
We brengen de situatie naar wat dichterbij. Een grote groep mensen kan ongemakkelijk voelen. Laten we het dan allereerst proberen in de klas. 'Als ik in de klas wat vraag, heb ik véél liever dat je iets zegt wat niet helemaal klopt dan dat je niks zegt.'
De creatieve les start op. Links hoor ik een diepe zucht. Mijn ogen ontmoeten de zijne. "Dit dus, meester. Dit vind ik zó moeilijk. Dan heb ik er geen zin in."
Zijn openheid raakt me. Van binnen wakkert het vlammetje helemaal aan. 'Wat fijn dat je dit zegt, want nu kan ik je helpen. Knap, dat je het aangeeft!'
Voor ik het weet heeft hij de opdracht voor elkaar. De hulp was nauwelijks nodig. Blijkbaar waren de woorden over zijn onzekerheid voldoende om weer op zichzelf te kunnen vertrouwen.
D É • E S C A L A T I E
Vurig speelt hij het voetbalspel. Vanaf het doel roept hij zijn medespelers toe. Zijn wangen kleuren vuurrood. Om zijn mond vormt een witte kring. Zijn vuisten slaan tegen de muur. Onrustig springt hij heen en weer.
Vanaf de zijlijn houd ik hem goed in zicht. De spanning loopt op. De kans op verlies ligt op de loer. Ineens klinkt daar de bel. Het potje is voorbij.
Binnen enkele seconden komen we oren en ogen te kort. Een schop, een vloek, een schreeuw, een duw. Buiten zinnen raast hij van zich af. Eén van ons ontfermt zich over de spelers die hun weg naar binnen zoeken. De ander volgt de boze speler.
Het verlies neemt hij zwaar op. Na twee minuten is het plein leeg. Langzaam zoek ik zijn nabijheid. Met een opmerking probeer ik hem af te leiden. "Zullen we eerst even naar het toilet gaan?" Verrast kijkt hij me aan. Blijkbaar val ik uit het patroon van reageren op zijn gedrag.
Na vijftien minuten is de boosheid nog lang niet weg. Bijna languit ligt hij op de vloer van het toilet. Het staat me tegen dat anderen hem hier zo zien. "Kom, ik heb zin in koffie." Dan is het mijn b***t om verrast te zijn. Direct staat hij op. We wandelen rustig door de gang. In het volle vertrouwen dat hij bij me blijft loop ik een stap voor hem uit.
Het overschreeuwen, huilen, uiten van donkere geluiden blijft uit. Na een half uur bespreken we wat we de volgende keer doen als de boosheid het 'rode gebied' bereikt. We maken één ding duidelijk: 'Als de meester vraagt om te komen, dan is dat niet om boos op je te zijn, maar om te zorgen dat het niet erger wordt.'
Een telefoontje met thuis is fijn. Zo is iedereen op de hoogte en kennen we onze handeling bij een nieuwe situatie. Dat geeft rust. Voor zowel de leerling, de ouders, als ook voor mijn collega's en mijzelf.
En zo leert hij zichzelf te beschermen in de nabijheid van de vertrouwde ander.
T W E E D E • ( T ) H U I S
Het vuur knispert zachtjes op het digibord. Rustige pianomuziek vult het lokaal. Buiten wordt het langzaam wat lichter. Taxi's arriveren, de leerlingen bibberen op het plein. Een dun laagje sneeuw maakt de daken wit. Er kringelt rook uit de schoorsteen.
De bel gaat. Met een blijde lach ontmoeten we onze leerlingen op de gang. De sneeuw stemt de meeste leerlingen vrolijk. Binnen is het behaaglijk. We warmen ons aan de kachel op de gang.
Iedereen vindt zijn plekje. In het raamkozijn op de gang, in het lokaal van de buren of op hun eigen vertrouwde plekje in de klas. De één haalt koffie, de ander tekent en kleurt. Nog een ander moet nodig naar het toilet.
Er heerst een fijne sfeer. Gemoedelijk kletsen we over de dag die is geweest. Het acclimatiseren verloopt voorspoedig. Tijd om de dag verder op te starten. We wachten nog op een enkeling. Vanwege het weer is de taxi verlaat. We hopen maar dat ze 'droog' over komt.
Tijdens de rekenles arriveert ze. Haar acclimatiseren gaat alsnog van start. Een klasgenoot stelt een vraag over een som. Mijn collega legt het uit. Blij kijken we elkaar aan: 'Wauw, ze stelt vanuit zichzelf een vraag!' Zachtjes klinken de stemmen in het lokaal.
Vanachter mijn bureau overzie ik de groep. De laatste administratieve taken zet ik weg in het systeem terwijl het observeren onophoudelijk doorgaat.
Blij en dankbaar voor deze plek. Een heerlijke en eerlijke groep. Met zijn boze buien, met haar lachbui, met zijn tranen, met haar hobbels. We bieden een plek, om tot jezelf te komen. Jezelf te mogen zijn. En daarin tot ontplooiing te komen. Zo veel en zo ver het kan. Vanuit acceptatie, respect, zorg en liefde. Een tweede huis. Een verlengstuk van thuis.
Diep van binnen proef ik zoveel blijdschap. Want ook voor mij voelt dit als mijn tweede thuis.
S P E C I A A L • O N D E R W I J S
"Ja, makkelijk hoor, minder prestatiedruk in het speciaal onderwijs. Weet je aan hoeveel eisen en doelen wij moeten voldoen in het regulier? Jij schuift zomaar een les opzij, bij mij op school kan dat echt niet."
In het moment is er een keuze. Aanhoren als verwijt. Of klinkt er ook een verlangen in door? Doorvragen dus! 'Wat maakt voor jou het grootste verschil?' En wat later: 'Wat maakt dat je zoveel passie hebt voor het reguliere onderwijs, dat je daar blijft?'
Er ontstaat een prachtig gesprek. Een gesprek over verschillen en overeenkomsten. Waardering wederzijds. Om kunnen gaan met de druk van alle dag. Om kunnen gaan met het onstabiele gedrag van leerlingen. Beiden herkennen we het, in meer of mindere mate.
Het overkomt mij (en mijn collega's) nog wel eens. Een gesprek waar het lijkt dat het in het speciaal onderwijs makkelijker is. En op sommige punten lijkt dit ook zo. De situaties zijn nu eenmaal niet te vergelijken met elkaar. De leerlingen al helemaal niet.
Elke leerkracht, elke onderwijsbetrokkene, is zo hard nodig in onderwijsland. Waar en op welke plek dan ook. Twijfel je of je op de goede plek zit? Ga op onderzoek uit. Want daar waar je je passie weer ervaart, ben je op je best! Wat je functie ook is, binnen -maar ook buiten- het onderwijs, doe het met je hart.
"Trouwens, meester. Wij hebben allemaal wat hè, anders zit je niet op deze school. Wat heb jij dan? Anders mag jij hier ook niet werken!" Schaterend beantwoord ik zijn vraag: 'Dat zal ik je vertellen. Ze vinden dat ik te hard lach en ik heb last van zweetvoeten. Blijkbaar is dat speciaal genoeg om hier te mogen werken!'
C U L T U U R • P R O E V E N
Ver van het lokaal verwijderd klinken doffe dreunen. Er schalt een trompet. De nieuwsgierigheid is gewekt. Ogen schieten naar de planning van de dag. "Oh, wij zijn na de pauze!" De spanning zindert door het lokaal.
De bel geeft het signaal. De pauze is ten einde. Eén voor één komen de leerlingen de ruimte in. Waar de ene leerling vlug een plekje opzoekt, staat de ander vertwijfeld te kijken. Met zijn tanden bijt hij voortdurend in de rits van zijn jas.
Drie leden van de Showband verwelkomen onze leerlingen. Schoorvoetend klinkt er een antwoord. De juf en meesters worden evengoed uitgenodigd om in de kring plaats te nemen.
Een kort voorstelrondje, een filmpje ter intro. Verschillende muziekinstrumenten komen langs en worden naderhand benoemd. "Ja, ik weet even niet hoe het heet." Ze lijkt vast te lopen in het geven van een antwoord. We helpen haar even op gang: 'Hoe zag het er uit?'. Al vrij snel schiet het haar te binnen: "Een trompet!". Met een stralende trotse lach kijkt ze onze kant uit.
Dan spelen we een liedje op de djembe's die voor ons staan. "Ik doe niet mee, want ik kan niet lezen. Ook geen noten." De onzekerheid en het ongemak straalt van zijn gezicht. Een van de bandleden speelt er fantastisch op in: "Geeft niet, dan kijk je naar mij en speel je mij na." Vertwijfeld pakt hij dan toch het instrument.
"Wie wil er ook eens op de trommel slaan?". Het blijft stil. Blikken gaan van links naar rechts. Als er één leerling dan toch de sprong durft te nemen volgen ze allemaal. Met een stralende lach portretteren we hen.
Dan volgt het ultieme sluitstuk. Over het plein marcheren. In vier rijen van drie marcheren we achter elkaar. Op ons hoofd siert een bijpassende hoofdbedekking. Enthousiast marcheren we mee in de maat.
Heel even lukt het om van een afstandje te bezien. Onze leerlingen. In de leeftijd van dertien, veertien, vijftien jaar. Genietend van marcheren op het plein.
Soms, zou je zelf meer van hen willen hebben. Het eenvoudige, gewoonweg genieten van nu. Geen zorgen over morgen. Meebewegen op het ritme van de muziek. Meebewegen met het ritme van de dag.
Vanuit ons raam zien we in de middag ook andere klassen marcherend over het plein. "Oh meester, het was zó leuk, ik wil wel nog een keer!"
M O E I L I J K
"Die mensen die meekijken op school, ik vind ze gewoon eng." Ineens dropt hij een opmerking in de groep. De meesten zwijgen. Een enkeling reageert geprikkeld: "Ja, wat doen ze hier?" Als hij merkt dat hij de aandacht vangt vervolgt hij: "Ik zou geld vragen óf het verbieden."
Voordurend spint hij zijn web door de lessen heen. Op zoek naar reacties van klasgenoten. Maar vooral reactie van de juf en meester. Het gedrag kan als storend worden genoteerd, maar doet de leerling geen recht.
"Want nu als de directeur hier komt lesgeven?" is het volgende bommetje. Een onrustige sfeer ontstaat. Met korte zinnen reageer ik dat ik deze vraag met hem alleen wil bespreken. In de klas is het niet helpend om hier uitgebreid aandacht aan te besteden.
Het gedrag wordt onrustiger. Het tij lijkt niet te keren. Gevuld met spanning en onrust neemt hij zijn plek in. "Zeg, je wordt toch niet ziek? Je stem klinkt zo raar!" Ineens wordt het beeld scherper.
Mijn hoest neemt toe. Vanuit zijn angst aan binding, zijn angst voor onveiligheid gedurende de dag speelt hem parten. Iedere ander in de klas, die in zijn beleving hier niet hoort is eng. Onbetrouwbaar. Onvoorspelbaar. Hij lijkt zich er op voor te bereiden.
Zijn voortdurende woordenstroom triggert mij wel eens. Wanneer ik met een strenge toon hem toespreek zie ik een jongen die zich volledig terugtrekt. Zijn ogen spreken angst en zoeken naar contact of we nog "oke" zijn. De dag die volgt houd ik hem meer in mijn nabijheid. Dat werkt.
Donderdagmorgen. Vanwege koorts moet ik me ziekmelden. Direct denk ik aan hem. Zou hij het hebben aangevoeld? In contact met mijn klassenteam hoor ik dat de dag prima verloopt. Behalve één. Juist.
Mijn advies vanaf de zijlijn thuis: 'Trek het je niet persoonlijk aan. Hij heeft het ongelooflijk moeilijk, nu het vertrouwde van de klas uit balans is. Hij doet niet moeilijk. Hij hééft het moeilijk.'
Dank je wel, meester Bart Heeling, voor je wijze lessen!
W I J Z E • W O O R D E N
Schreeuw tegen mij. Ik zal je niet horen.
Straf mij. Ik zal het niet voelen.
Onderbreek mij. Ik zal verder zwijgen.
Corrigeer mij. Ik zal doen of ik het begrijp.
Overprikkel mij. Ik zal me verzetten.
Dwing mij. Ik zal mezelf vergeten.
Beschuldig mij. Het zal mij doen krimpen.
Schaam je voor mij. Ik zal mezelf haten.
Accepteer mij. Ik zal ontwaken.
Geef mij duidelijkheid. Ik zal je begrijpen.
Vertrouw mij. Ik zal voor je klaar staan.
Geloof in mij. Ik zal me ontwikkelen.
Vraag mij. Ik zal je vertellen.
Stimuleer mij. Ik zal je verbazen.
Wees trots op mij. Ik zal mezelf waarderen.
Hou van mij en ik zal alles, alles voor je doen.
(Tekst: Michel Koolwaaij)
D Y N A M I E K
Rustig zoekt ze haar vertrouwde plekje op. Vanaf haar stoel overziet ze het lokaal. Haar ogen glijden langs de planning van de dag. Naast haar loopt onrustig een klasgenoot heen en weer.
"Meester, mijn tafel wiebelt!" Tja, als je de tafel zo heen en weer beweegt lijkt de tafel inderdaad onstabiel. Ik kijk hem aan. 'Of heb jij een interessant idee gezien in de klas naast ons?'
Zijn glimlach wordt breder. Ontwijkend kijkt hij naar buiten. Zijn lichaam wiegt heen en weer. "Nou, kijk. Ik dacht dat M.. Nee, laat maar." Neutraal stel ik nog een vraag: 'Welke naam wilde je noemen?' In gedachten zie ik de tafel van onze buurjongen voor me. De tafel heeft onder een p**t een klein stukje vloerbedekking. Dan gaat zijn duim onder zijn kin. "Grapje" zegt hij daarmee.
In de klas is het rustiger dan anders. Enkele leerlingen zijn op stage. Je mist hen direct. Één van hen brengt veel gezelligheid mee. Als collega's valt ineens op hoeveel 'olie zij voortdurend op het vuur gooit'. Nooit vervelend. Geen nare opmerkingen. Ineens valt haar plekje stil.
De dynamiek is anders. De één praat meer, de ander vraagt meer. Ook met een kleinere groep blijft het observeren, reageren, voorsorteren, balanceren en evalueren.
Onze ogen gaan open voor deze onverwachte dynamiek. Wat helpt het om dit met elkaar te bespreken. Hoe reageren wij? Adequaat genoeg? Haar vele, vele, vele vragen vanuit onveiligheid vormen ook een bron van onrust.
De schoolbel klinkt. De school stroomt leeg. Enkele notities noteer ik na de observatie van vandaag. Is de andere dynamiek niet heel begrijpelijk?
Morgen nog maar eens kijken.
Klik hier om uitgelicht te worden.
Video's (alles zien)
Type
Contact de publieke figuur
Telefoon
Adres
Apeldoorn
Composer/producer, sound engineer. Freelance designer. Blogger. Hobby photographer (with professional
Woudhuizerallee 172
Apeldoorn
� Yemek-Tarif-Sunum / � Patisserie � Hollanda � Sipariş ve iletişim için DM yollayın?
Prins Willem Alexanderlaan 150
Apeldoorn, 7311SZ
Floranne van der Ham is advocate. Met veel passie deelt ze haar juridische kennis over het civiele recht.
Apeldoorn, 7316DC
Ex Miss & Model, Cumlaude afgestudeerd Biologie, coach-spreker, Health, Psychologie, politiek.
Apeldoorn
"Roel's World" is a blog by Roel Hollander about music, sound, arts and much more. #EachOneTeachOne
Apeldoorn
Op deze pagina vind je glutenvrije recepten, productreviews en tips. Geschikt voor mensen die gluten
Sprengenweg 61
Apeldoorn, 7314ER
I can't change the direction of the wind, but I can adjust my sails to always reach my destination.
Distelvlinderlaan 27
Apeldoorn, 7323RK
Ik neem het complete social media beheer voor je bedrijf uit handen.